Minimi – of hoe je jouw kleren omtovert tot een hippe kinderplunje!

Upcycling… het mag geen geheim heten dat ik er een grote fan van ben. Ik doe geregeld grote kuis in mijn kleerkast. Dat moet ook, want ik naai nogal veel kleren voor mezelf… Meestal bekijk ik in welke staat het kledingstuk nog is voor ik beslis of ik het weggooi, naar de kledingcontainer breng, of het uit elkaar haal voor fournituren.

© Lieve Deduytschaever 180521 07.jpg

Tijdens onze #naaimaandtegenverspilling vorig jaar maakte gastblogster An al superleuke kleertjes voor haar kinderen uit een hemd van haar man. Het inzicht om zoiets tot een goed einde te brengen ontbreekt mij momenteel nog.

© Lieve Deduytschaever 180521 01.jpg

Maar mijn schoonzus-en-vriendin Annelies heeft er een oplossing voor gevonden! Zij kreeg het boek ‘The Minimi Project’ cadeau voor Kerst, en wilde het mij wel eens uitlenen. Hoog tijd om er eens een blik in te werpen dus!

© Lieve Deduytschaever 180521 04

Dit boek bevat een schat aan informatie voor mensen zoals ik, die niet zien hoe ze van een oud kledingstuk iets nieuws kunnen maken, zonder het volledig uit elkaar te halen. In het boek zitten mallen en patronen; je legt die op het bestaande kledingstuk, tekent eromheen, knipt alles uit, naait het aan elkaar en klaar! Ze gebruiken op een ingenieuze manier de bestaande ritsen en knoopsgaten, waardoor het moeilijkste deel van het naaiwerk zowaar wegvalt!

Van rok tot broek, van kleedje tot achterzakslofjes of een strikjesketting, elk stukje van de oude kledingstukken kan je met de hulp van Lien Warmenbol en Gabriela Aguirrezabal omtoveren tot iets nieuws voor je kinderen. Wat een heerlijk boek is dit!

© Lieve Deduytschaever 180521 11

Minimi is prachtig geïllustreerd met foto’s en tekeningen, en alles is stap voor stap duidelijk uitgelegd. Een aanrader voor elke mama die op haar portemonnee let, en die, net als ik, liever spulletjes een tweede leven geeft als weggooit.

Iets voor jou?

Tot snel,
Lieve


Productinfo:

The Minimi Project
Lien Warmenbol en Gabriela Aguirrezabal

€ 24,95
126 blz
Uitgeverij Lannoo
ISBN: 978 94 014 2002 0

Gelezen en goedgekeurd: I love sweaters

Van zodra ik er voor het eerst van hoorde, wist ik: dit boek wil ik hebben! Tenzij ons landje geteisterd wordt door een hittegolf ga ik zelden zonder trui of sweater de deur uit. Patronen voor een lekker warm bovenstuk kan ik dus niet genoeg hebben.

©Lieve Deduytschaever 180313 01

Het idee van patronen voor mannen, vrouwen, kinderen en tieners in een boek vind ik een topper, want zo kan ik zowel voor mezelf als voor mijn man (mocht ik hem ooit kunnen overhalen dat ik iets voor hem mag naaien) en voor mijn neefjes met hetzelfde boek aan de slag.

In I love sweaters staan vijftien leuke modellen met maten van 92 tot XXL. Mijn neefjes en zelfs mijn schoonbroer vonden er meteen hun gading in! Zelf ben ik een beetje teleurgesteld: de damesmodellen vind ik nogal simpel in vergelijking met de andere en ze zijn allemaal erg baggy, terwijl ik zelfs in een sweater toch enige elegantie zoek. Een damessweater met rits en kap zou ik ook wel leuk vinden, maar zoiets staat er niet in.

©Lieve Deduytschaever 180313 05

Het boek is onderverdeeld in twee hoofdstukken: sweaters, en modellen met kap en/of rits. In dat tweede deel geen enkele damessweater. Wel hele mooie stukken voor kinderen, tieners en mannen.

©Lieve Deduytschaever 180313 04.JPG

De stap voor stap handleiding is goed gestructureerd en overzichtelijk, al moest ik wel wennen aan de handgetekende illustraties die ik niet altijd zo duidelijk vind. Ook was het wat zoeken op de patroonbladen… Er is veel ruimte tussen de lijnen van de verschillende modellen, maar door het kleurgebruik was het voor mij toch niet altijd even duidelijk. Het onderscheid tussen zwart en donkerpaars vind ik bijvoorbeeld niet zo uitgesproken. En ondanks mijn geconcentreerde zoektocht moest ik toch hulp inroepen om in de kraag van mijn Jesi sweater de markeringen te vinden voor de ringetjes. Bleken het mini puntjes te zijn op het patroon…

In het boek staan modellen voor zowel beginners als voor gevorderde naaisters. Toch was ik bij de Jesi blij dat ik al wat ervaring had. De uitleg van de paspelzak is wat summier, al bracht het internet wel soelaas. Mede dankzij mijn (beperkte) ervaring kon ik een superleuk meisjemodel aanpassen tot een leuke damessweater. Vermoedelijk zal mij dat ook wel lukken, mocht ik ooit een hoody voor mezelf willen maken. Want dan moet ik een mannenmodel aanpassen.

©Lieve Deduytschaever 180313 10.JPG

Kortom: het is een leuk boek, maar er is nog ruimte voor verbetering. Voor mij zal het een basisboek worden waarin ik inspiratie vind, en van waaruit ik verder mijn creativiteit zal laten spreken. Exact iets maken zoals in het boek zit er helaas niet in. Maar daar ben ik eerlijk in: ik maak toch al zelden iets zoals de ontwerper het in gedachten had. Leve de patroonhacks!

Tot snel,
Lieve


Titel: I love sweaters
Auteur: Fran Vanseveren
EAN:  9789401446761
Uitgeverij Lannoo
Richtprijs: €22,50

Gelezen en goedgekeurd: Knip

Aan goede patronen heeft een naaister altijd nood. In mijn kast vind je dan ook een mengeling van losse- en PDF patronen, naast een hele rij naaitijdschriften. Ik naai nu zo’n twee-en-een-half jaar, en schrik ervan hoeveel ik er al verzamelde. Tijd om de tijdschriften eens kritisch te bekijken.

©Lieve Deduytschaever 171118 14

In mijn reeks naaitijdschriften zit ook een enkel Knip magazine. Dat zat in een pakket naaitijdschriften dat mijn schoonzusje Laura mij vorig jaar cadeau deed. Bij het doorbladeren was ik meteen enthousiast over enkele patronen, maar op de een of andere manier zijn die projectjes er nog steeds niet van gekomen. 

@Lieve Deduytschaever 180322 01

Het viel mij niet meteen te binnen, maar een paar jaar geleden maakte ik wel al twee jurken uit Knip, waarvan ik er eentje heel vaak draag in het tussenseizoen. Ik herinner mij dat ik heel graag met het tijdschrift werkte, maar op de een of andere manier is het toch van de radar gevallen… tot ik er eentje van Laura cadeau kreeg dus.

De vormgeving van het magazine is heel eenvoudig. Geen exotische locaties of mooie achtergronden voor de fotoshoots, maar simpele studiofotografie. Daardoor leid niets je af van de modelletjes. Anders dan ik gewend ben, maar zeker niet slechter!

@Lieve Deduytschaever 180322 03

De maten lopen tussen 34 en 54 en van S tot XL, dus ik vermoed dat de meeste vrouwen zich hier wel kunnen in vinden. Het mooie is dat ook elk patroon in die maten uitgetekend is, dus je kan niet teleurgesteld zijn omdat net dat ene patroontje er niet in jouw maat is.

@Lieve Deduytschaever 180322 07

Jammer genoeg, net als bij My Image, in het boekje patronen die je enkel via een PDF vanaf de website in huis kunt halen. Dat principe begrijp ik nog steeds niet. Als ik een tijdschrift koop, verwacht ik dat alle patronen in het boekje zitten. Maar misschien zijn er naaisters die hier geen graten in zien…

@Lieve Deduytschaever 180322 09

Er staan heel wat patronen in het blad. In de editie van augustus ‘17 niet minder dan 27, wat ik toch wel uitzonderlijk veel vind. Vermoedelijk zijn om die reden de werkbeschrijvingen enkel geschreven en niet geïllustreerd. Je moet het naaijargon dus al een beetje onder de knie hebben voor je met het tijdschrift aan de slag gaat. De moeilijkheidsgraad staat naast de foto en bij de werkbeschrijving aangeduid met bolletjes.

@Lieve Deduytschaever 180322 04

Het leuke is ook dat je heel snel in het overzicht kunt zien welke patronen er met rekbare stof gemaakt worden. Voor mij een plus, aangezien ik haast nooit met geweven stoffen werk.

@Lieve Deduytschaever 180322 08

Door het grote aantal patronen vind ik de patroonbladen nogal druk en overzichtelijk, wat mij toch een beetje afremt om snel met die bladen aan de slag te gaan. Eens de drempel over, houdt mij dat niet tegen, maar bij de eerste blik denk ik toch van: “Oei”.

Nu ik deze tekst schrijf en zo het tijdschrift weer doorblader, krijg ik weer zin om ermee aan de slag te gaan. Er staan heel vrouwelijke en elegante modelletjes in. To be continued dus!

In deze reeks passeerden La Maison Victor, Burda Style, Knippie, My Image en het Veritas tijdschrift al de revue. Wil je onze mening daarover kennen? Herlees dan zeker onze reviews!

Wat vind jij van Knip? Kan je ons nog andere tijdschriften aanraden? Laat het ons weten, wij zijn benieuwd!

Tot snel,

Lieve

 

Gelezen en goedgekeurd: My Image naaitijdschrift

Aan goede patronen heeft een naaister altijd nood. In mijn kast vind je dan ook een mengeling van losse- en PDF patronen, naast een hele rij naaitijdschriften. Ik naai nu zo’n twee-en-een-half jaar, en schrik ervan hoeveel ik er al verzamelde. Tijd om de tijdschriften eens kritisch te bekijken.

©Lieve Deduytschaever 171118 13

In mijn reeks naaitijdschriften zit ook een enkel My Image magazine. Het was mij nog nooit opgevallen, tot schoonzusje Laura het mij cadeau deed voor mijn verjaardag. Op het eerste gezicht beviel My Image mij wel, al ben ik er nog niet in geslaagd er effectief iets uit te maken. Op de cover staat wel een kleedje dat mij heel erg aanspreekt, dus wie weet…

©Lieve Deduytschaever 180304 01.jpg

De foto’s en vormgeving zijn ook heel mooi gedaan. Op elke bladzijde staat duidelijk aangegeven welke jurk in beeld gebracht werd, en meestal ook welke stoffen ze ervoor gebruikten.

©Lieve Deduytschaever 180304 04.jpg

De maten lopen tussen 34 en 52, dus ik vermoed dat de meeste vrouwen zich hier wel kunnen in vinden. Jammer genoeg is niet elk kleedje uitgetekend in alle maten, wat wel vervelend is als je nét op dat jurkje valt, dat er niet in jouw maat is.

©Lieve Deduytschaever 180304 07

Wat ik persoonlijk erg vervelend vind, is dat er drie modelletjes in het boekje staan die je enkel via een PDF vanaf de website in huis kunt halen. Laat daar nu net een jurk en een vestje bij zijn die ik supertof vind en wilde maken. Al heb ik dit tijdschrift niet zelf betaald (dankjewel Laura!), ik heb toch geen zin om nog extra te betalen voor de print van een PDF-patroon. Ofwel kies je voor een tijdschrift of gedrukt patroon, ofwel voor een digitaal patroon. Maar de mix? Neen, daar ben ik niet zo voor.

Het magazine is geschreven in niet minder dan vijf talen: Nederlands, Engels, Duits, Frans en Spaans. Handig als je anderstalig bent in Vlaanderen of Nederland, maar daardoor is het soms wel even zoeken naar de beschrijving in je eigen taal. Ik vraag mij ook af, of ze de beschrijvingen niet extra kort gemaakt hebben, om genoeg plaats te hebben voor al die talen. Ik vind ze namelijk soms een beetje beknopt, zeker voor beginnende naaisters. Dat wordt wel deels goedgemaakt door de fototutorials die bij heel wat modellen terug te vinden zijn.

©Lieve Deduytschaever 180304 11

De patroonbladen zijn erg overzichtelijk en de lijnen zijn makkelijk over te nemen. Het leuke is dat je niet in het boekje moet zoeken of er al dan niet naadwaarde bij geknipt moet worden, want dat staat heel groot bovenaan je patroonblad.

Kortom: een leuk tijdschrift, dat ik zeker nog eens zal doorbladeren in de krantenwinkel. Maar tot ik er effectief iets uit gemaakt heb, hou ik het bij dit ene!

In deze reeks passeerden La Maison Victor, Burda Style, Knippie en het Veritas tijdschrift al de revue. Wil je onze mening daarover kennen? Herlees dan zeker onze reviews!

Wat vind jij van My Image? Kan je ons nog andere tijdschriften aanraden? Laat het ons weten, wij zijn benieuwd!

Tot snel,
Lieve

Gelezen en goedgekeurd: Veritas magazine

De Veritas winkel, daar is elke naaister wel mee bekend. Sinds iets meer dan jaar brengt de keten ook een naaimagazine uit. Hoog tijd dus dat de girls die lectuur eens met een kritisch oog bekijken.

Ik maakte er al wat projectjes uit, zoals de bomberjacket Annabelle, mijn Abby jurk  en mijn Alison t-shirt. Lieve ging dan weer aan de slag met de Alex jumpsuit.

Het aanbod van de Veritas-magazines qua naaien is voor elk wat wils. Er zijn ook heel wat projectjes voor de beginnende naaister. Bij elk project staat de moeilijkheidsgraad erbij.

Er bestaan ook edities voor breien en decoratie, dus voor de creatieveling is er wel wat keuze. Ik heb een paar bladen van naaien en eentje voor breien maar zij die zich mijn breipoging in Mali herinneren, weten dat die laatste nog maar weinig gebruikt is….

De projecten zijn goed uitgelegd, met duidelijke tekeningen en stap voor stap beschrijvingen. Ook bepaalde technieken zoals een papspelzak stikken of een blinde rits inleggen, staan achteraan uitgelegd aan de hand van foto’s.  Handig, maar het nadeel is dat de tutorials soms dezelfde zijn. Telkens een paar andere techniekjes uitleggen zou beter zijn. Aan de andere kant kan ik me voorstellen dat de doorwinterde naaisters dit alleen maar bladvulling vinden.

Alle patronenen staan op grote patroonbladen en zijn makkelijk over te nemen Met duidelijke lijnen, zonder de visuele spaghetti die je in andere bladen tegenkomt. Er staan ook maar een viertal kledingstukken op een blad, dus het overzicht is nog niet zoek.

Welke stof je kunt gebruiken voor een bepaald kledingstuk, daar geven ze je advies over, en ook over de hoeveelheid stof en ze tekenen zelfs een plan om de patroonstukken te leggen op de stof.

Wat jammer is, is dat de hoeveelheid stof die ze aanraden, me soms wat overdreven lijkt. Ik probeer steeds zo spaarzaam mogelijk mijn stof te leggen, zodat steeds een beetje overheb, mocht ik een patroondeel opnieuw moeten knippen. Maar mijn ervaring met het Veritasblad  is dat ze de stof wel erg ruim meten.

De nieuwe stofjes van de keten worden ook besproken, daar kan je lekker bij watertanden. Ook de bon van 4 of 5 euro die steeds achteraan zit, is ook leuk meegenomen. Spijtig dat die enkel geldig is vanaf een bepaald bedrag, dat niet laag is.

Wat leuk is bij de patroontjes, is dat je er eens iets vindt dat niet in andere naaibladen staat. Een kleedje dat net iets specialer is, een broek die net wat anders is als de rest. Ik heb bijvoorbeeld lang gezocht naar een nauwaansluitende broek en in het jubileumnummer van Veritas heb ik hem eindelijk gevonden. Hij staat hoog op mijn lijst met projecten…

Rapport in het algemeen: een leuk blad met overzichtelijke uitleg en patronen, ideaal voor de beginnende en leergierige naaisters onder ons.  Ik verheug me er steeds op om de nieuwe editie eens op te pakken in de winkel en er door te bladeren.

Wat vind jij van het Veritas magazine? Tevreden, zoals ik, of toch wat minder? Laat het me weten.

Tot schrijfs,

Margot

Gelezen en goedgekeurd… naaitijdschrift Burda Style

Aan goede patronen heeft een naaister altijd nood. In mijn kast vind je dan ook een mengeling van losse- en PDF patronen, naast een hele rij naaitijdschriften. Ik naai nu zo’n twee-en-een-half jaar, en schrik ervan hoeveel ik er al verzamelde. Tijd om de tijdschriften eens kritisch te bekijken.

©Lieve Deduytschaever 171118 14

Burda is een klassieker onder de naaiboekjes. Het tijdschrift is ‘geboren’ in Duitsland en verschijnt in niet minder dan zestien talen in 89 landen! Ik heb enkele boekjes van ‘Burda Style’ in mijn collectie, maar over hun andere lijnen kan ik niets vertellen.

©Lieve Deduytschaever 171118 01

In dit boekje vind je vooral damespatronen. Ik ben fan van de elegantie die zowat elk model tentoon spreidt. Hier weinig oversized kledij, maar veel vrouwelijke modellen met mooie details. De fotografie in dit tijdschrift is echt top. Mooie foto’s, leuke decors, prachtige vormgeving.

©Lieve Deduytschaever 171118 05.JPG

Ze werken vaak thematisch, en dat vind ik superleuk. Zo heb ik een tijdschrift met heel wat Aziatisch geïnspireerde modelletjes, en eentje vol zomerkledij.

De moeilijkheidsgraad wordt aangegeven met bolletjes, maar de beschrijving is erg beknopt. Ben je niet vertrouwd met het jargon, dan stuit je soms op een onbegrijpelijke uitleg. Aangezien ik zelf geen klassieke naaiopleiding heb, moet ik af en toe een ‘hulplijn’ inroepen of creatief probleemoplossend denken om tot een goed einde te komen. Soms werken ze wel één van de patronen volledig uit in een ‘Naaicursus’. Daarin is de werkbeschrijving wel heel grafisch en bevattelijk uitgewerkt.

Al staan er meerdere patronen op een blad, dankzij de verschillende kleuren en de ruimte tussen de lijntjes blijven de patroonbladen heel overzichtelijk.

De maten beginnen bij 34 of 36, wat voor mij nog te groot is. Ik moet dus vaak patronen aanpassen. Daarnaast werkt het tijdschrift met modellen speciaal voor grote maten, voor lange dames of voor kleintjes, en als ik zo’n patroon wil gebruiken, kost het nogal wat moeite om het voor mij aan te passen. Tot nu toe heb ik dat nog niet aangedurfd, ook al zaten daar vaak heel mooie modellen bij!

Voorlopig heb ik nog niet zo veel gemaakt uit mijn tijdschriften, al blader ik er geregeld door, en staan er verschillende modelletjes op mijn to do lijstje. Deze zomer waagde ik mij wel aan een leuk zijden bloesje met volants, en er rolden ook al twee halterjurkjes vanonder mijn machine.

Wat vind jij van Burda Style?

Tot snel,
Lieve

Gelezen en goedgekeurd – naaitijdschrift Knippie

Ik geef toe, ik ben een beetje naaitijdschriften verslaafd. Als er een nieuwe editie van LMV of Burda uitkomt, ben ik er als de kippen bij om deze in de winkel even ter hand te nemen. Thuis heb ik dan ook een omvangrijke collectie naaitijdschriften, naast een aantal losse patronen. Ik heb het minder met PDF patronen, wordt eerder zenuwachtig van al dat knip- en plakwerk. Net zoals Lieve onderwierp ook ik mijn naaitijdschriften aan een kritische test.

knippie 10

In het begin kocht ik af en toe het naaitijdschift Knippie omdat ik graag voor mijn jongens wou naaien. Knippie is een leuk tijdschrift voor kindermode en is het kleine broertje van het naaitijdschrift Knipmode. Knippie is de laatste jaren geëvolueerd van een patronenblad voor kinderkledij naar een blad voor zelfmaakmode met allerlei ideeën voor kledij, speelgoed , accessoires, etc. Er is zelfs een hele poppengroep met eigen kledingslijn. Kortom, alles wat een kinderhart begeert.

In Knippie vind je telkens een mengeling van patronen voor baby’s, peuters en kinderen van 0 tot 12 jaar. Persoonlijk vind ik dat er meer aandacht gaat naar projecten voor kleine kinderen (maat 50 t.e.m. maat 134). De keuze voor tieners is eerder beperkt. Het tijdschrift bestaat uit 2 delen, het tijdschrift zelf en een stoffenbijlage volgens een specifiek thema. In het midden van het tijdschrift vind je een overzicht van alle patronen uit dat nummer alsook de werkbeschrijvingen en allerhande tips. De patroonbladen zijn overzichtelijk, elk patroon heeft zijn eigen kleur.  De patronen worden in Nederland ontworpen en vallen dus ruim uit. Het voordeel is dat de gemaakte kledij in een bepaalde maat vaak nog een maat groter ook meegaat.

Knippie is een naaitijdschrift voor naaisters met enige ervaring. Bij elk project wordt de moeilijkheidsgraad aangegeven door bolletjes. Eerlijk gezegd heb ik in al mijn Knippies geen patroon gevonden van minder dan 2 bolletjes (meer ervaring). Ik heb me als beginnend naaister gewaagd aan een jongenshemdje en een broek en ik beken dat ik enkel dankzij de nodige sturing van Katrien van Boho deze projecten tot een goed einde heb gebracht. De werkbeschrijvingen staan in tekstvorm zonder afbeeldingen, het vraagt dus een goed ruimtelijk inzicht van de naaister. En hoewel Knippie niet echt geschikt is voor de beginnende naaister, heeft Knipmode gelukkig wel een handig hulpje voorzien: het handboek voor zelfmaakmode. In dat boekje worden de beschreven technieken uit Knippie gedetailleerd uitgelegd met behulp van tekeningen.

Conclusie: ik vond het vooral een leuk tijdschrift om in te kijken, minder om uit te naaien. Nu ik wat meer naaiervaring heb, moet ik mij misschien opnieuw aan een nieuw projectje uit Knippie wagen…..

Hebben jullie dezelfde naaiervaring? Laat het mij gerust weten!

Veel leesplezier,

Tatiana

 

 

 

 

 

 

 

 

Gelezen en goedgekeurd – naaitijdschrift La Maison Victor

Aan goede patronen heeft een naaister altijd nood. In mijn kast vind je dan ook een mengeling van losse- en PDF patronen, naast een hele rij naaitijdschriften. Ik naai nu zo’n twee-en-een-half jaar, en schrik ervan hoeveel ik er al verzamelde. Tijd om de tijdschriften eens kritisch te bekijken.

©Lieve Deduytschaever 171118 14

Twee jaar lang had ik een abonnement op La Maison Victor. Ik heb elk tijdschrift sinds december 2015, en bestelde daarnaast nog enkele eerdere edities online, op zoek naar specifieke patroontjes. Dit tijdschrift ken ik dan ook het beste.

©Lieve Deduytschaever 171118 19

LMV vind ik een heel mooi ‘naai- lees en kijktijdschrift’. De vormgeving is door de jaren heen wat veranderd, maar trouw aan de stijl is het boekje een mengeling van interessante artikels, mooie foto’s en leuke patroontjes.

In La Maison Victor vind je telkens een mix van patronen voor kinderen, mannen en vrouwen. Leuk als je een kroost hebt, minder interessant als je meestal enkel voor jezelf naait.

Ook beginnende naaisters kunnen per editie zeker een paar projectjes tot een goed eind brengen. LMV geeft het niveau duidelijk aan met huisjes, en staat bekend om de uitgebreide stap-voor-stap handleiding vol duidelijke tekeningen. De patroonbladen zijn vlot leesbaar en -niet te verwaarlozen- hebben een makkelijk hanteerbaar formaat.

Voor de dames beginnen de maten soms bij 30, wat voor mij heel leuk is, al tailleren de maten wel heel ruim. Ik moet meestal wel aanpassingen doen, ook al omdat er vaak wijdere modelletjes te vinden zijn bij LMV, en die stijl staat mij niet zo.

Er sluipen geregeld foutjes in de werkbeschrijvingen en soms ontbreken er patroondelen. De rechtzetting vind je op hun website, maar als je snel begint te naaien, ben je er aan voor de moeite. Daardoor raden heel wat naaileerkrachten af, met het tijdschrift aan de slag te gaan.

Ik maakte al heel veel leuke dingen uit La Maison Victor. Mijn Odette-hack ging intussen viral, maar ook de Hanna-, de Eden– en de Kyotojurk, alsook de Astertrui en de Kristyrok passeerden in verschillende versies de revue. Met de Rochajas waagde ik mij aan een iets moeilijker patroon, en maakte ik een vriendin gelukkig. En die lijst is bijlange niet volledig, want ook Tatiana en Margot showden prachtige creaties uit het tijdschrift op deze blog…

De laatste tijd merkte ik echter, dat ik in sommige edities mijn meug niet vond. Toch een beetje zonde van het geld…

Conclusie: ik blijf fan van het tijdschriften kijk steeds reikhalzend uit naar de nieuwe editie, maar vanaf nu koop ik het in de winkel nadat ik het eerst goed bekeken heb.

Wat vind jij van La Maison Victor?

Tot snel,
Lieve

Gelezen en goedgekeurd: Het handboek ‘Kleding Maken’

‘t Is weer lang geleden sinds we nog eens naailectuur bespraken. Dat komt omdat de meesten onder ons dezelfde boeken gebruiken. Het handboek ‘Naaitechnieken’ had Lieve al eens besproken, ik heb er een tweede versie van liggen: het handboek ‘Kleding Maken’. Van dezelfde reeks, maar met de insteek dat het toegespitst is op –hoe raad je het– kleding maken. Ik heb de beide boeken nu in mijn kast staan, een vergelijkende studie drong zich dus op.

20170327_112625

Wat lees je zo allemaal in het boek? Er worden bepaalde naaitechnieken herhaald, maar het grootste verschil is, dat ze je patronen geven van een basic jurk, -broek, -blazer en -bloes, en ze je uitleggen hoe je hierop varianten kunt maken. De patronen kun je ofwel downloaden van Internet en uitprinten, of overtekenen en vergroten op patroonpapier.

20170327_114428

Verder is er ook nog een hoofdstuk over aanpassingen, hoe je een kledingstuk wat kunt pimpen, en nog een hoofdstuk over reparaties.

Ik had eerst dit boek gekocht om mezelf daarna met kerst te trakteren op het eerste handboek, en ik vind deze versie iets minder nuttig als het ‘Basishandboek Naaitechnieken’. Er zijn bepaalde technieken en zelfs hoofdstukken die helemaal dezelfde zijn in beide boeken, maar in ‘Naaitechnieken’ wordt dit iets beter en uitgebreider uitgelegd. Het grote verschil tussen beide zijn de patronen, maar als je een paar naaitijdschriften in huis hebt, heb je minstens evenveel keuze in broeken, rokjes, hemdjes en jasjes.

Dus, voor zij die twijfelen tussen deze en het boek ‘Naaitechnieken’, zou ik voor het laatste gaan. Diegenen die twijfelen of dit een mooie aanvulling is op boekencollectie: ik vind eerlijk gezegd van niet. Maar als je deze hebt, dan zijn de meeste naaitechnieken hier ook wel in uitgelegd, en is het geen slecht naslagwerk. Het is op dezelfde manier opgebouwd als de voorganger, dus met veel uitleg en stap voor stap duidelijke foto’s. Ook bij de reparaties en aanpassingen zitten wel nuttige dingen. Maar zoals gezegd: ik ben eerder fan van de rode variant.

20170327_112543

Ken je deze? Vind je het een goed boek? Laat het me weten!

Tot schrijfs,

Margot

Mijn eerste hulplijn: het handboek voor zelfmaakmode

Ik ben een fan van naaiboeken. Helaas zijn de Gentse stadsbibliotheken niet dik bezaaid met boeken over dit onderwerp. Eén bijzonder exemplaar heeft echter mijn hart gestolen. Toen ik het vroeger in de rekken aantrof, moest ik het uitlenen: het handboek voor zelfmaakmode van Knipmode. Ik zeg wel moest, want sinds kort ben ik zelf de trotse bezitster van een gloednieuw exemplaar, met dank aan moederdag!

IMG_0751

Wat spreekt mij  nu zo bijzonder aan in dit boek?  Ten eerste is dit een schitterend boek voor beginnende naaisters die niet onmiddellijk een naaiende moeder, tante, vriendin of Wifi (voor Youtube instructies en Pinterest) in de buurt hebben. Gevorderde naaisters zullen er ook nog tips en tricks in aantreffen. Ten tweede is alles gerangschikt volgens thema met een duidelijke inhoudstafel en met bijhorend tabblad, zodat je niet nodeloos moet bladeren. Elk thema (vb. zakken) bevat alle denkbare variaties, met telkens een duidelijke illustratie. Een kleine greep uit het aanbod zakken: opgestikte zak, zakken met klep en klitteband, schuine steekzakken, horizontale gepassepoileerde zak met twee paspelstroken, gepassepoileerde zakingang met zichtbare rits… Je merkt het, de schrijfsters hebben echt de intentie gehad om een zeer volledig naslagwerk te schrijven. Ten derde staat er ook een stukje in, over hoe je allerlei patronen kan aanpassen om tot een goede pasvorm te komen. Als je niet gezegend bent met een doorsnee pasvorm, is dit echt wel handig.

Ik gebruik het boek zelf voor diverse doeleinden: als gids met uitleg, bij een werkbeschrijving die niet duidelijk is (vb. het maken van een mouwsplit met splitbies bij een patroon uit knipmode), als leidraad voor het aankopen van stoffen ,dankzij de stoffenlijst met allerhande benamingen en hun eigenschappen, en als hulplijn om te kijken welke technieken er nog bestaan om mogelijke fouten te camoufleren.

Dit boek krijgt een bijzonder plaatsje bij mijn naaispullen en ik hoop er nog lang van te mogen genieten. Hebben jullie ook zo’n favoriet naaiboek?

Tot schrijfs,

Tatiana