Jaren geleden kocht ik een kokerrok van G-star, omdat ik hem zo mooi vond. Dat ik er nauwelijks mee kon stappen omdat hij aan de benen zo smal was, dat negeerde ik maar even. Het spreekt vanzelf dat de rok sinsdien niet zo vaak uit de kast gekomen is. Iedere keer dat ik hem droeg, dacht ik: “Waarom koop ik in godsnaam zoiets ongemakkelijks?”
Toen ik hem een maand geleden nog eens aandeed, dacht ik: “Ik ga de rok verkopen, deze draag ik niet meer”, maar zelfs voor tweedehands kledij van een duur merk krijg je slechts enkele euro’s. Op Pinterest verzamelde ik al langer inspiratie om van afgedankte jeans tassen te maken, dus besloot ik er nu maar eens echt voor te gaan.
Al zie ik ze niet zo heel vaak, mijn neefjes hebben toch een bijzonder plekje in mijn hart. Omdat ik weet dat mijn petekind Wolf gek is op camouflagekleuren en geregeld op scoutskamp vertrekt, besloot ik in mijn stoffenvoorraad te duiken en een WaiKala toiletzak voor hem te maken.
Mijn jongens werkten dit schooljaar rond het thema ‘samen lezen, samen leren’ op hun school. Verschillende jeugdauteurs brachten een bezoekje aan de klassen en de kinderen leerden ook zelf verhaaltjes schrijven. De leraar van mijn oudste zoon ging nog een stapje verder en knutselde met de kinderen fantasiepoppen van papier-maché om daarna poppenkast te spelen voor de andere klassen.
Zo kwam Jotnar de Trol in mijn leven. Jotnar bestond oorspronkelijk enkel uit een groen hoofd met oranje haar en rode ogen, hij leek zo zielig zonder lijf. Dus ik werd een mama met een missie: Jotnar voorzien van een passende outfit. Er waren wel enkele eisen: een hemd met bloedvlekken en een een broek met broeksriem. Als jongensmoeder behoren poppenkleren niet bepaald tot mijn comfortzone maar dat mocht de pret niet bederven.
Geheel volgens de regels van de recyclage zocht ik wat lapjes stof bijeen: vilt dat nog over was van onze naaiactie in december en een versleten broek van de jongens. Voor het herdersjasje gebruikte ik een lapje stof dat ik over had van een naaiprojectje van een wikkelsjaal. En zo werd na wat gepruts uiteindelijk het trollenkostuum geboren. En Jotnar? Die leek mij oprecht tevreden met zijn nieuw lijf, inclusief een paar groene handen.
Wat ik leerde van dit project? Soms moet je het gewoon proberen, het resultaat is dan des te verassender!
Begin april werd mijn grootmoeder -92 jaar jong- ziek en begon ze aan haar laatste reis. Al begreep iedereen dat het tijd was, dat ons memeetje terugkeek op een lang leven vol geluk -maar ook met veel verdriet- en dat ze blij was dat ze nu mocht gaan… toch was het afscheid heel erg zwaar.
Foto mei ’13
Als oudste kleinkind heb ik een leven vol mooie herinneringen aan mijn meme. Haar liefde voor mij, voor heel haar familie, haar glinsterende ogen, haar deugnieterij, haar levensvreugde, die zal ik altijd bij mij dragen. Al zag ik ze niet zo vaak meer de laatste jaren, nu ze er niet meer is, mis ik haar vreselijk.
Net als de rest van de familie mocht ik in haar huisje gaan kijken wat ik als herinnering aan haar wilde meenemen. In de zetel lag een beige-met-bruin Ikea dekentje. Het leek mij de perfecte basis voor een trui of een vestje, dus ik nam het mee naar huis.
Het dekentje was grof geweven en heel soepel. Ik besloot een Jacky vestje van La Maison Victor te maken, maar vond het wel nogal slap en doorzichtig voor dat doel. Een voering zou het wat meer body geven en ook de afwerking zou mooier zijn. Ik ben namelijk niet zo’n fan van een beleg…
Bij De Stoffenknop vond ik een leuke viscose-tricot die, ondanks de stijlbreuk, toch perfect bij het dekentje paste. Ik kocht meteen wat extra, want het leek mij leuk het vestje te combineren met een jurk. Het pailettenlint voor de afwerking van de randen kocht ik bij Mertens Mercerie.
Op zich is het Jacky vestje heel makkelijk te maken. Het patroon is niet ingewikkeld en de beschrijving van LMV is uitgebreid. Ik moest wel even nadenken hoe ik de voering zou aanpakken, maar met wat opzoekingswerk bleek ook dat niet zo moeilijk. Ik nam twee centimeter in aan de rugnaad omdat het vestje toch wat losjes om mijn lijf hing, maar voor de rest was de pasvorm heel goed.
Het naaien was wel vrij emotioneel… Naast mijn naaimachine staat een foto en het rouwkaartje van mijn meme. Bovendien beeldde ik mij in dat haar geur nog in het dekentje hing, ook al had ik het gewassen. Ik was bang het mis zou gaan met het jasje en ik zo het dekentje zou verpesten. Maar gelukkig liep alles min of meer zoals het moest.
Alleen bleek mijn eerste idee juist: het dekentje is niet zo geschikt voor een vestje. Zelfs met voering valt het te slap. Ik had het volledig moeten verstevigen… Ik ging dus op zoek naar een leuk haakje, zodat ik het vestje dicht kan doen en het niet zo vormeloos open valt. Mertens Mercerie heeft een groot assortiment leuke sluitinkjes en daar vond ik mijn gading.
Met de rest van de viscose maakte ik de Lina jurk van La Maison Victor. Ik twijfelde of het wel een goed model was voor mij, omdat het nogal recht leek en ik zo al vrij weinig vrouwelijke vormen heb. Maar wie niet waagt…
Dit wordt deze zomer zeker en vast mijn lievelingsjurkje! De combinatie van de print en de stofkwaliteit maken het een uit-de-wasmachine-op-de-kapstok-en-weer-aan jurk.
Ook de combinatie met de Jacky vest werkt, al ben ik misschien eerder fan van een combinatie vest-top-broek.
Wat denken jullie?
Lieve meme, het verdriet om je vertrek zal nog heel lang blijven nazinderen… Maar dankzij de gesprekken over jou met de familie, dankzij jouw nalatenschap in zoveel kleine dingen, zal je altijd dicht bij mij blijven. Ik hou van jou, memeetje… met heel mijn hart.
Upcycling… het mag geen geheim heten dat ik er een grote fan van ben. Ik doe geregeld grote kuis in mijn kleerkast. Dat moet ook, want ik naai nogal veel kleren voor mezelf… Meestal bekijk ik in welke staat het kledingstuk nog is voor ik beslis of ik het weggooi, naar de kledingcontainer breng, of het uit elkaar haal voor fournituren.
Tijdens onze #naaimaandtegenverspilling vorig jaar maakte gastblogster An al superleuke kleertjes voor haar kinderen uit een hemd van haar man. Het inzicht om zoiets tot een goed einde te brengen ontbreekt mij momenteel nog.
Maar mijn schoonzus-en-vriendin Annelies heeft er een oplossing voor gevonden! Zij kreeg het boek ‘The Minimi Project’ cadeau voor Kerst, en wilde het mij wel eens uitlenen. Hoog tijd om er eens een blik in te werpen dus!
Dit boek bevat een schat aan informatie voor mensen zoals ik, die niet zien hoe ze van een oud kledingstuk iets nieuws kunnen maken, zonder het volledig uit elkaar te halen. In het boek zitten mallen en patronen; je legt die op het bestaande kledingstuk, tekent eromheen, knipt alles uit, naait het aan elkaar en klaar! Ze gebruiken op een ingenieuze manier de bestaande ritsen en knoopsgaten, waardoor het moeilijkste deel van het naaiwerk zowaar wegvalt!
Van rok tot broek, van kleedje tot achterzakslofjes of een strikjesketting, elk stukje van de oude kledingstukken kan je met de hulp van Lien Warmenbol en Gabriela Aguirrezabal omtoveren tot iets nieuws voor je kinderen. Wat een heerlijk boek is dit!
Minimi is prachtig geïllustreerd met foto’s en tekeningen, en alles is stap voor stap duidelijk uitgelegd. Een aanrader voor elke mama die op haar portemonnee let, en die, net als ik, liever spulletjes een tweede leven geeft als weggooit.
Iets voor jou?
Tot snel, Lieve
Productinfo:
The Minimi Project Lien Warmenbol en Gabriela Aguirrezabal
Wie deze blog al een tijdje volgt, weet dat ik tot nu toe nog nooit de kans kreeg iets te naaien voor de man van mijn leven. Ik probeer Michael al heel lang te overtuigen, zodat ik eens een hemd of broek voor hem mag maken, maar ik kon hem niet over de streep trekken. Heel jammer!
Toen de girls naar het Stoffen Spektakel gingen, draaide de wind ineens. Ik schrok mij een hoedje toen hij zei: “Ja, ok, zoek maar een stofje voor een thuisbroek”. Het zal nog even duren voor die de blog haalt, want die gevoerde sweaterstof is toch eerder voor het koudste putje van de winter dan voor zonnige dagen. Maar er is hoop: ik mag eindelijk iets naaien voor mijn ventje!
Een tijdje geleden kreeg ik zelfs een heuse ‘bestelling’: “Kan jij een hoes voor mijn tekentablet (nvdr: die gebruikt hij voor zijn fotobewerkingen) maken? Zo eentje zoals voor jouw harde schijf, maar dan met velcro”.
Met de #naaimaandtegenverspilling in mijn achterhoofd had ik verschillende opties. Eentje in kaki, met een restje van de gecamoufleerde tas die ik vorig jaar maakte. Of eentje in jeans, uit het rugpand van een afgeschreven vestje. Maar Michael zag het toch allemaal wat soberder.
Een tijd terug ging de rits van een kunstleren tas kapot. Ik besloot het ding volledig uit elkaar te halen en de onderdelen nadien voor iets anders te gebruiken. De binnenkant van het grijze kunstleer is heel zacht en dus ideaal voor de voering van het hoesje.
Voor de buitenstof koos mijn schat een restje van een oud linnen tafelkleed. De velcro vond ik ergens onderaan in een schuif en dateert nog van voor de tijd dat ik naaide… Het ideale restjes- en upcycling project dus!
Ik volgde min of meer mijn eigen tutorial, maar knipte binnen- en buitenstof in een lange reep, zodat ik onderaan geen naad heb. Dat is niet nodig, aangezien de tablet vrij plat is. Ik hoef dus geen bodem te maken in het zakje.
Vooraan stikte ik een vak voor de aansluitingskabel.
Linnen… ik ben allesbehalve fan van de stof. Het kreuk bij de minste aanraking en rafelt enorm. Voor mezelf zou ik deze hoes dus nooit gemaakt hebben. Maar Michael is tevreden, dus wat wil ik nog meer?
Wat maak jij met je restjes? Laat het ons weten, want we zijn nog op zoek naar leuke ideetjes.
… al klopt deze titel niet volledig. In dit hoesje heb ik een beetje ‘gezeurd’, zoals we dat in Gent zeggen. Ik heb er slechts enkele stukjes uit de lederen jas van mijn schoonmoeder in verwerkt. Upcycling, alles behalve volledig…
Maar toch: ik vertik het om zelfs de kleinste stukjes uit die mooie jas weg te gooien. Zulk zacht kwaliteitsleer kan altijd wel eens ergens in genaaid worden. Let maar op, je zal het nog vaker voorbij zien komen.
Brillenhoesjes maakte ik wel vaker, maar ik gebruikte telkens kamsnaps als sluiting. Al is daar helemaal niets mis mee, ik wilde nu toch eens iets anders. Iets wat beter past bij de stijl van mijn mooie tas en van de bijhorende brillenhoes.
De buitenkant bestaat uit skai met lederen stroken uit de jas. De voering is een restje van de gebloemde stof die ik ook in mijn tas verwerkte.
Via k-bas bestelde ik een knijpsysteempje dat ik in geen tijd verwerkte in mijn hoes. Ik gebruikte deze tutorial als leidraad. Nooit gedacht dat het zo simpel zou zijn… Het kostte mij meer tijd de lederen stroken mooi op te naaien, dan de rest van het hoesje in elkaar te steken.
Fijn, als de puzzelstukjes zo mooi in elkaar vallen…
In april toonde ik je het resultaat van een sewchallenge, in de vorm van de Ramona mini hipster. Die tas heeft nog niet vaak de binnenkant van de kast gezien, zo goed past ze bij heel wat van mijn outfits! Wat ik je toen niet vertelde, is dat de tas grotendeels een upcycling project is. Daar ben ik superfier op.
Mijn lieve schoonmoeder verhuisde eind vorig jaar en deed grote kuis in al haar kasten. Deze mooie kalfsleren mantel deed ze mij cadeau onder het motto: “Je ziet maar wat je ermee doet”.
De jas bleef een hele tijd op mijn paspop hangen, want mijn drempelvrees speelde weer op. Ik wilde eerst hét ideale patroontje vinden, voor ik de schaar erin zette. Want zo’n mooie jas verwoesten voor een mislukt probeersel wilde ik echt niet. Ik doorzocht het internet en al mijn patroonboeken, keek en vergeleek, twijfelde en besloot dan weer verder te zoeken. Toch keerde ik telkens terug naar het gratis PDF patroon Ramona van Swoon. Het leek mij echter een beetje klein, dus ging de zoektocht verder.
Tot… Nele van Ooyamade mij volledig uit mijn comfortzone duwde door een vintage element in haar uitdaging te verwerken. Op dat moment viel de puzzel in elkaar en ging ik aan de slag met decovitje en stofschaar. Aan het einde van de rit lag er, naast de lappen leer, een hele stapel andere heerlijkheden op tafel.
Eerlijk is eerlijk: echt grote stukken leer had ik niet en de naden lieten zich niet verstoppen onder de strepen van het voorpand. Dus besloot ik een lap bijpassende skai als basis te nemen voor de tas. Het vintage element werd een coupon van het Stoffen Spektakel. Ook de koperleurige stukjes -verwerkt in de riem- zijn nieuw en kocht ik bij k-bas. Voor de rest is de hele tas gemaakt uit gerecycleerd materiaal.
Het leer van de jas gebruikte ik voor de schuine strepen op het voorpand en voor de riem. In het achterpand verwerkte ik een volledige jaszak, inclusief rits en voering, die ik in een schuine rechthoek in de skai stikte.
De voering van de tas was ooit de voering van de jas. Ik vond de bruine glanzende stof -gewatteerd en doorstikt- ideaal daarvoor. Doordat ze al gewatteerd was, spaarde ik een heel stuk vlieseline uit. In de voering verwerkte ik het ritsje van een jaszak, maar daarvan verving ik de binnenkant door het vintage stofje.
Top of the bill is de verzonken rits, waarvoor mijn ventje de lange rits van de jas een stuk verkortte. Dankzij het leertje aan de trekker en de kleur van de tandjes past het geheel wonderlijk mooi samen.
Vrijdag trouwde mijn nichtje Janti met de liefde van haar leven. Een paar weken geleden was ik te gast op haar vrijgezellenfeestje in Hasselt. Na een superleuke workshop juwelen maken ging het richting café Mexico voor een gezellig en geanimeerd etentje. Tussen de lekkere hapjes door mocht iedereen een cadeautje geven aan de bruid-in-spé.
Janti is een stijlvolle dame en studeerde in haar iets-jongere-jaren aan de modeacademie. Als ik ooit een stijlicoon zou moeten kiezen werd zij het, zeker weten! Ik ging dan ook niet licht over het cadeautje en overlegde met mijn zus Elke. “Mooie grote oorbellen zijn echt iets voor Janti”, vonden we allebei. Elke wist ook waar ze te vinden: in de Oxfam wereldwinkel. Toepasselijk, want mijn nichtje is een heuse wereldburger. Ze werd geboren in India, reisde de wereld rond en woonde zelfs nog een tijdje in Dubai.
Bleef nog de vraag hoe we die prachtige oorbellen zouden verpakken. Een tijdje geleden was het An tasje van Jace did it! een heuse hype in naailand. Sporadisch zie je er nog wel eens eentje voorbij komen en ik blijf het een leuk cadeautje vinden.
Neuzend door mijn stoffen viel mijn oog op een prachtige blauwe jeans die ik recupereerde uit een oud jeansjasje. Door mijn patroon goed te schikken op de stof gaven de naden net dat beetje extra aan de buitenkant van het An tasje.
Wat verder vond ik de voering van een oude handtas die ik verknipte voor de onderdelen. De binnenkant was gemaakt van iets wat lijkt op zo’n geplastificeerd tafelkleed. De hartjes pasten heel mooi bij de blauwe jeans en ik verwerkte de zakjes van de binnentas in de voering van mijn An tasje. Zo kan Janti het tasje perfect gebruiken als een kleine toilettas, als make-up tasje of als tasje voor de babyspulletjes van het kleintje-op-komst.
Aan het eind van de rit voegde ik nog een veelzeggende boodschap toe aan het cadeautje…
In mijn goede voornemens beloofde ik mezelf drie themamaanden na te streven op de blog. April stond volledig in het thema ‘sport’, en deze maand gaan we weer voluit voor onze #naaimaandtegenverspilling. In onze consumptiemaatschappij staan we er, in mijn ogen, niet voldoende bij stil hoeveel van ons afval we eigenlijk zouden kunnen hergebruiken, een ander doel geven, recycleren of repareren.
Al ben ik geen held in retouches omdat ik bang ben meer kapot te maken dan te repareren, toch doe ik het tegenwoordig wel steeds vaker. Mijn ventje is daar blij om, want gescheurde broeken of truien met een gaatje in kunnen nu toch opnieuw gedragen worden. Zelf ben ik dan weer fier dat ik het, ondanks mijn interne weerstand, toch doe.
Dingen een tweede leven geven, daar ben ik dan wel weer heel enthousiast mee bezig. Tijdens onze vorige #naaimaandtegenverspilling toverde ik een tafelkleed om tot shoppingtassen, naaide ik leuke stoffen mandjes voor de badkamer uit een oude jeansbroek, maakte ik een versleten nepleren jasje met een restje kant weer perfect draagbaar (én hip!), en verknipte ik een oud militair hemd tot een handige draagtas. Meer voorbeeldjes vind je hier.
Op een dag was ik op bezoek bij mijn ouders en werd mijn blik naar leuk stofje getrokken. Natuurlijk was ik benieuwd wat mijn mama ermee zou maken… Het was bedoeld als nieuwe overtrek van een zwaar verbrand kersenpitkussentje. Het was echter een elastisch stofje en ik denk niet dat elastische stoffen erg warmtebestendig zijn, toch?
Dus stelde ik voor mijn stoffenvoorraad in te duiken en een gloednieuw warmtekussentje te maken met een van mijn katoentjes.
Zo gezegd, zo gedaan… Intussen bijna een jaar geleden stuurde Margot ons een hele doos vol stevige Afrikaanse stofjes. Die lappen waren vaak tot vier meter lang, dus ik heb nog heel wat op reserve. Ik nam de maten van het warmtekussen en maakte op een minuutje of tien een nieuwe hoes, waarbij ik -net als bij het originele model- de hoes in drie compartimenten verdeelde met een stiksel over de halve breedte.
Eens de hoes genaaid dacht ik even snel snel de kersenpitjes over te gieten. Al ‘snel’ lag mijn hele naaikamer vol bolletjes. Ik zag pas het licht toen het eigenlijk al te laat was: de afgeknipte tuit van een plastic fles kan perfect dienen om de pitjes over te gieten. Laat ons zeggen dat ik dus minstens even lang bezig was ze over te brengen, als om de hoes te naaien.
Maar: eind goed, al goed. Dit kleurrijke warmtekussentje is klaar voor een tweede leven!